De minst ontwikkelde landen (‘least developed countries’ of LDC’s), en Afrikaanse landen in het bijzonder, zijn ondervertegenwoordigd op het vlak van de ontwikkeling van CDM-projecten (Clean Development Mechanism), ook al is het potentieel aan emissiereducties er groot.
Een algemeen aanvaarde manier om van dat potentieel in deze landen gebruik te maken, is de zogenaamde Programmatische CDM (Programme of Activities of PoA). Programmatische CDM kan niet alleen bijdragen tot een verbeterde toegang van LDC-landen tot de koolstofmarktfinanciering, maar biedt ook veel meer mogelijkheden voor een duurzame ontwikkeling dan klassieke CDM-projecten.
Daarom bestelde de Dienst Klimaatverandering een studie over de opportuniteiten voor de ontwikkeling van programmatische CDM in de volgende 5 Afrikaanse Minst Ontwikkelde Landen (partnerlanden van de Belgische ontwikkelingssamenwerking):
- de Democratische Republiek Congo
- Mozambique
- Rwanda
- Tanzania
- Oeganda.
De resultaten van de studie werden voorgesteld tijdens een studiedag op 30 juni 2011 in Brussel. Deze werd bijgewoond door vertegenwoordigers van de Minister Magnette, de federale en gewestelijke administraties voor leefmilieu en ontwikkelingssamenwerking en het maatschappelijk middenveld.